Al het hele jaar zijn we meer thuis dan ooit. En dat is ook het plan voor de feestdagen, meer dan andere jaren.
Uitjes naar bijvoorbeeld een kerstmarkt of wintersportplaatsen worden afgeraden. En er wordt nog steeds veel vanuit huis gewerkt. Met de strengere lockdown die nu komt is het helemaal een feest in eigen huis.
Toch zijn er nog veel mensen die aangeven niet thuis te zijn met de feestdagen. Dat blijkt uit een onderzoek dat de Stichting Nationale Inbraak Preventie heeft laten doen. “Juist als meer huizen bewoond zijn, vallen de donkere woningen extra op,” zegt Coen Staal, voorzitter van de stichting. “Inbrekers zijn altijd op zoek naar de ‘makkelijke prooien’. Dat zijn woningen waar overduidelijk niemand thuis is. Ook vallen de woningen daaronder waar niet veel moeite nodig in om bij in te breken.”
Wat doe je ertegen?
“De allerbeste manier om inbrekers buiten te laten is zorgen voor goede sloten,” zegt Staal. “Mensen denken vaak ten onrechte dat een stevig slot wel voldoende is en dat hun sloten oké zijn. In 30 tot 40 procent van de gevallen blijkt dit echter niet het geval. Ik wil mensen daarom op het hart drukken eens goed naar de sloten van hun deuren en ramen te kijken.”
Maar waar let je op als je geen sleutelspecialist bent? Daarvoor ga je online op zoek naar tips en adviezen over betere beveiliging. Zowel van deuren als van ramen. “Die tips vind je heel makkelijk op onze website. Wij zijn een onafhankelijke organisatie en zitten dus niet aan één merk vast,” aldus Staal. De website die hij bedoelt is www.inbraakmislukt.nl. Op die website kun je ook aan de hand van je postcode zien waar je terecht kunt voor jouw gewenste hang- en sluitwerk.
Toch niet thuis?
Ongeveer een kwart van de mensen in het onderzoek geeft aan met de feestdagen niet thuis te zijn. Zorg in dat geval voor een bewoonde indruk. Niet één of twee lampjes aan, maar alles wat je normaal gesproken ook aan hebt staan. En zet het badkamerlicht aan! Dan kan het altijd nog zijn dat je boven bent. Die lampen kun je heel makkelijk op een tijdschakelaar zetten. En zet bijvoorbeeld de radio ook aan, dat kan verwarring opleveren voor de inbreker.
“Maak ’s avonds eens een wandeling door de wijk en kijk met de ogen van een inbreker,” gaat Staal verder. “Sommige huizen zijn compleet donker, bij anderen branden misschien alleen kerstboomlampjes. Mensen staan er niet bij stil, maar dit is een signaal voor inbrekers om de woning nader te onderzoeken. Dat kan in het donker vaak ongezien. Een beveiligingscamera kan ook afschrikkend werken in dit geval.”
Inbraakpiek
Veel mensen denken dat inbrekers alleen ’s nachts op pad gaan, maar dat is niet helemaal waar. Er is juist een piek te zien tussen 15.00 en 16.00 uur als de kinderen van school worden gehaald. En de piek daarna zit tussen 17.00 en 22.00 uur. Vanaf 17.00 uur is het namelijk te donker om zonder verlichting in huis te zitten. Tussen deze uren is het dus heel goed te zien of er iemand thuis is. En na 22.00 uur kan het ook donker zijn omdat iemand op bed licht. Dan kun je dus niet met zekerheid zeggen dat een huis verlaten is.
De nachtelijke inbraken gebeuren vaak met voorbedachte raden. Dan houden ze een huis wat langer in de gaten om te zien of de bewoners misschien op vakantie zijn. Dit gebeurt wel eens met een papiertje tussen de deur of een kruisje van krijt naast de deur. Veel post op de deurmat is natuurlijk ook een goede indicatie.
Inbraakcheck
Voordat een inbreker zijn slag slaat checken ze je deurbeslag, sloten en de ramen. In een paar minuten beslissen ze dan of ze hier makkelijk binnen kunnen komen en hun gang kunnen gaan. “Ze gaan aan de slag in de wetenschap dat je wel eens lang weg zou kunnen blijven,” vertelt Staal. “Je komt thuis en werkelijk alles is overhoop gehaald. Je woonkamer, de slaapkamers, alles. Alles van enige waarde ben je dan kwijt. En wat te denken van het veiligheidsgevoel dat je zou moeten hebben in je eigen huis.”
High Impact Crime
De overheid noemt een inbraak of een inbraakpoging een ‘High Impact Crime’. Dat is een misdaad met flinke gevolgen voor de slachtoffers. Staal: “Hiermee doelt men niet zozeer op de schade die wordt aangericht door het stelen van iemands, soms kostbare, bezittingen. Ze bedoelen vooral de emotionele gevolgen. Die zijn namelijk heel groot. Drie kwart van de slachtoffers van een inbraak zegt hier nog maandenlang last van te hebben. Men slaapt slecht, is bang om ’s avonds thuis te komen en kinderen kunnen nachtmerries hebben. Met goede sloten kun je al die ellende voorkomen. Misschien heeft men in de feestmaand meer tijd om dat klusje aan te pakken. Op onze website kun je zien hoe je dat het beste doet.”
Over de stichting Nationale Inbraak Preventie
De stichting Nationale Inbraak Preventie is een publiek-private samenwerking. Ze hebben als doel woningbezitters meer bewust te maken van goede inbraakpreventie. Zo dragen ze bij aan het substantieel verlagen van het aantal inbraken en inbraakpogingen. Werd in 2012 bijna 92.000 keer ingebroken of een poging daartoe gedaan, in 2019 was dit gedaald tot onder de 40.000.
De stichting organiseert tweemaal per jaar de Nationale Inbraakpreventie Weken. Dit gebeurt in mei/juni en november/ december. Partners in de stichting zijn de bedrijven Nemef, Ring en Yale. Daarnaast werkt de stichting samen met het ministerie van Justitie en Veiligheid en met het Verbond van Verzekeraars. Kijk voor meer informatie over o.a. inbraakmethoden en inbraakpreventie op www.inbraakmislukt.nl.
- LEES OOK: Enorme brand in Oude-Tonge – Alleen materiële schade
- Wil je niets missen? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief en/of volg ons op Facebook!
