Maarten Boer wil boer worden. Hij is eerstejaars mbo-student teelt bij Lentiz en komt wekelijks in de Proeftuin Van Pallandtpolder.
Door Kees van Rixoort
“Op school leer je ook, maar hier ben je met je handen bezig”, vertelt Maarten. “Je steekt er veel van op voor later.” Medestudent Daan van Rossum, die ook boer wil worden, is net zo positief over de proeftuin in Middelharnis. “Hier gaat het om zo duurzaam mogelijk telen en op de juiste manier met de bodem omgaan. Dat is de landbouw van de toekomst.”
Daan is bezig op een proefveld met stikstoftrappen. Hij test uit wat de effecten van meer of minder stikstof zijn op de groei van uien. Maarten onderzoekt iets anders op de proeftuin. Hij houdt nauwkeurig in de gaten hoe mechanische onkruidbestrijding of schoffelen met de hand uitwerkt op een proefveld met veldbonen. “Het valt mee met het onkruid”, zegt hij tevreden.
Bij de Proeftuin Van Pallandtpolder zijn niet alleen onderzoekinstellingen als het Louis Bolk Instituut en SOVON betrokken. Ook het onderwijs in de buurt is er te vinden. Het gaat om Lentiz (mbo), waar Maarten en Daan studeren, RGO Beroepscampus (vmbo) en RGO College (havo en vwo).
Studenten en leerlingen kijken en denken mee in de proeftuin en doen ook onderzoek. ‘Studenten op regionaal niveau actief laten onderzoeken welke teeltmaatregelen bij kunnen dragen aan toekomstbestendige landbouw.’ Zo omschrijft Lentiz het doel van deelname aan de proeftuin.
Wim Kuijper is docent teelt bij Lentiz. “Geen enkele andere teeltopleiding in Nederland geeft praktijklessen op een locatie als deze proeftuin. Dit is uniek en fantastisch”, vindt hij. “De studenten maken kennis met innovatieve, duurzame landbouw, met strokenteelt, natuurstroken en andere gewassen zoals grasklaver. Luister, de veldleeuwerik.”
“De eerstejaars maken kennis met de polder en de ondernemers. Ze schrijven een proefveldplan en ontdekken proefondervindelijk wat groenbemesting doet, wat de effecten zijn van mechanische onkruidbestrijding, hoe verschillende rassen suikerbieten groeien. De studenten zijn gebonden aan de teelten in de Van Pallandtpolder. Die zijn leidend, maar daarnaast hebben ze de ruimte gekregen om aan de slag te gaan met de teelt van sorghum en radijs.”
Volgens docent Kuijper gaan de ogen van de studenten echt open op de proeftuin. “Ze zijn heel betrokken bij de teelt en wat er allemaal gebeurt. Ze stuiten op problemen, stellen vragen – vooral aan de ondernemers – en voelen zich verantwoordelijk voor het eindresultaat. Dat is de kracht van landbouw in de praktijk. Op school is het een verhaal, hier is het beleving. Deze studenten hebben een voorsprong op de arbeidsmarkt, ze kennen de praktijk precies.”
Behalve de meer praktische Lentiz-studenten, struinen er ook regelmatig havo- en vwo-leerlingen rond op de Proeftuin Van Pallandtpolder. Dat zijn leerlingen die hebben gekozen voor het interdisciplinaire keuzevak NLT (Natuur, Leven en Technologie). Docent Jeffrey Verhoeff heeft een module ontworpen. “Het is de bedoeling om de leerlingen systeemdenken bij te brengen. De wereldwijde problematiek van ecologie en klimaat, hoe de EU en Nederland daarmee omgaan en wat er gebeurt in onze eigen omgeving, op Goeree-Overflakkee. Hier zien ze de expertise van boeren, wat ze doen, wat ze weten over de stikstofkringloop, over het bodemleven.”
“Het is fantastisch dat leerlingen op de Van Pallandtpolder de ruimte krijgen om te experimenteren en onderzoeken. Om acht weken lang te zien en te leren wat duurzame, innovatieve landbouw is. Om de kringlopen van water, stikstof en koolstof te observeren en de effecten te onderzoeken. De leerlingen maken een portfolio met opdrachten en verzorgen een presentatie aan het eind. Ze maken een infographic van bijvoorbeeld de waterkringloop op de Van Pallandtpolder.”
Volgens Verhoeff is de NLT-module populair. “Veel leerlingen kiezen ervoor en zijn er positief over. Ze doen goed mee en tonen zich betrokken. Ze zijn ook even uit het klaslokaal en lekker buiten actief. Het belangrijkste is dat de leerlingen besef krijgen dat het ecologisch anders moet, dat we anders moeten omgaan met de aarde.”
Huibert Groeneveld, is een van de ondernemers op de proeftuin. Hij zegt dat hij aanvankelijk sceptisch was over de link met het onderwijs. “Toch hebben we de stap gezet en het was een goede keus. De betrokkenheid van studenten en leerlingen is een absolute verrijking. Ze onderzoeken onze teelten en wij stellen grond, tijd, kennis en kunde beschikbaar. Hier begint de spreiding van kennis over een andere manier van landbouw bedrijven. Samen kom je verder.”