Mensen die in de buitenlucht werken, voelen zich niet echt kwetsbaar voor huidkanker, maar lopen door hun beroep wel twee tot drie keer zoveel risico op die ziekte.
Het Nationaal Huidfonds heeft dit onderzocht. Zij roepen werkgevers, werknemers en de overheid op om “zonveilig buitenwerken” vanzelfsprekend te maken. Denk bij buitenwerkers aan bijvoorbeeld timmerlieden, sluiswachters, wijkbeheerders of medewerkers van een milieustraat. Het fonds ziet dat zij de risico's van langdurige blootstelling aan de zon onderschatten.
“Ze onderschatten niet alleen de kans dat ze huidkanker kunnen krijgen, maar ook de ernst ervan. Ze noemen het ‘een huidkankertje dat goed te genezen is’”, zegt Christel von Reeken, van het Nationaal Huidfonds. “Maar ze beseffen niet dat er elk jaar 80.000 nieuwe patiënten bij komen en er jaarlijks duizend mensen overlijden aan de ziekte.”
Het fonds onderzocht wat buitenwerkers tegenhield om zich goed te beschermen. Daarbij speelt onder meer te weinig kennis over zonkracht en verbrandingen. Zonbescherming wordt vooral gekoppeld aan een hoge temperatuur en niet aan zonkracht die juist schade kan veroorzaken. Verder is insmeren nog niet de sociale norm onder buitenwerkers. “Zoals een dakdekker zei: ‘Insmeren? Nee, daar heb ik geen tijd voor. Bovendien, ik ben toch niet bang voor een beetje zon?’”
Buitenwerkers zouden schaduw moeten kunnen zoeken tijdens het werk en beschermende kleding moeten dragen. Verder stelt het Nationaal Huidfonds voor dat de werkgever zonnebrandcrème verstrekt.