In veel Zuid-Hollandse gemeenten neemt het aantal kinderopvangplaatsen af. En dat terwijl de vraag juist alleen maar groter wordt.
De druk op de kinderopvang neemt daardoor toe. Dat concludeert oppas- en au pair-platform Nina.care op basis van CBS-data. In de gemeenten Hardinsveld-Giessendam, Zoeterwoude en Waddinxveen is de opvangcapaciteit het laagst. Jasmijn Kok, van Nina.care, merkt dat de vraag naar au pairs mede daardoor stijgt.
In 41 van de 50 gemeenten in Zuid-Holland is de capaciteit van kinderdagverblijven minder dan 50 procent. Dat betekent dat het aantal kinderen dat naar de opvang gaat, minimaal twee keer zo hoog is als het aantal beschikbare plekken. Hierdoor worden wachtlijsten langer en kunnen kinderen vaker niet op de gewenste dagen naar de opvang. Dat wil overigens niet zeggen dat er voor de helft van de kinderen helemaal geen plek is. De meeste kinderen gaan namelijk niet elke dag naar de opvang.
Hardinxveld-Giessendam scoort met 20 procent het laagst. In de gemeente Midden-Delfland is de opvangcapaciteit met 80 procent het hoogst. Op Goeree-Overflakkee is de capaciteit gestegen van 37 procent in 2021 naar 38 procent in 2023. Tegenover een geschat aanbod van 680 kindplaatsen staat een geschatte vraag van 1807 kinderen.
Tussen 2021 en 2023 is de opvangcapaciteit in de drie op de vier Zuid-Hollandse gemeenten afgenomen. Dat heeft deels te maken met het feit dat er meer kinderen zijn bijgekomen en daarmee dus ook meer vraag. Uit onderzoek blijkt echter ook dat in 36 gemeenten ook simpelweg het aantal kindplaatsen is afgenomen.
Het vermoeden is dat dit een gevolg is van de combinatie van personeelstekorten en aangescherpte regelgeving. Door de striktere beroepskracht-kindratio zijn er meer begeleiders nodig. En dat terwijl veel kinderopvanglocaties juist moeite hebben om genoeg gekwalificeerd personeel te vinden.