Afgelopen weekend was de Tuinvlindertelling. De resultaten waren iets beter dan vorig jaar, maar er zijn nog steeds veel minder vlinders dan voorheen.
Het gaat niet goed met de vlinders. Zag je rond 1990 nog tien vlinders op je vlinderstruik, nu mag je blij zijn als dat er vier of vijf zijn. Dat is minder dan de helft in zo'n dertig jaar tijd. Wat kunnen we doen om de vlinderstand er weer bovenop te helpen?
Het intensieve landgebruik in ons land is een van de belangrijkste oorzaken van de achteruitgang van vlinders. Het is een trend die al vele jaren aan de gang is. Het verlies aan leefgebied wordt veroorzaakt door woningbouw, wegenaanleg, verkeer of andere functies. Maar zeker ook door het intensief agrarisch gebruik van een groot deel van ons land. Dit laatste heeft invloed op de vlinderstand tot ver buiten het agrarisch gebied. Vermesting (stikstof), verdroging, versnippering en het gebruik van pesticiden hebben allemaal een negatieve impact.
De laatste decennia komt daar klimaatverandering bij. Met name klimaatextremen kunnen grote negatieve gevolgen hebben. Vlinderpopulaties die het al moeilijk hebben, kunnen door een extreem droge, hete of juist natte zomer de genadeklap krijgen. Om de vlinders weer kansen te geven moeten grootschalige maatregelen worden getroffen in de inrichting en beheer van ons landschap. We moeten de politiek dwingen om keuzes te maken en echte herstelmaatregelen uit te voeren.
We kunnen zelf ook al beginnen! Door je tuin op een goede manier in te richten en te beheren, kun je de vlinders helpen. Je zult daarmee niet de vlinderstand redden, maar iedere tuin die vlindervriendelijk is heeft een positief effect. In tuinen en op erven liggen grote kansen voor natuurherstel.
Een écht levendig erf barst van de variatie. Het gaat om de juiste combinatie van:
Een goed ingericht erf biedt voedsel, schuilplekken en ruimte om te leven – én sluit aan op de natuur in de omgeving.