Column – De stille strijd van een moeder

Foto: Ede.nieuws.nl

Wat is dat lang geleden, ik herkende haar direct. Voor we het in de gaten hebben staan we al een hele tijd te kletsen als ze vraagt: “Heb je even tijd om echt bij te praten?”. Eigenlijk had ik voor die dag een hele planning, maar ik merk dat ze eigenlijk een ja verwacht. “Tuurlijk,” antwoord ik.

Door Juffrouw Raadgever

Op haar uitnodiging loop ik met haar mee naar het kleine appartement. Ze wonen er sinds kort met drie kinderen. De meubels zijn, zo te zien, niet meer zo nieuw en hebben hier en daar een afwijkend likje verf. Verontschuldigend spreidt ze haar armen. Dit is het. Ze blijft maar praten. Aan alles merk ik dat haar iets dwars zit.

Even later blijkt dat ik gelijk heb. Als ze vraagt: “Kijk jij wel eens naar dat tv programma Goede Buren of hoe heet het ook?” Ik knik en kijk haar vragend aan. Zij wel maar ze wordt er steeds moedelozer van. Helemaal als daarna de nieuwsberichten komen waar de miljoenen voor van alles en nog wat je om de oren vliegen. Zo vreselijk tegenstrijdig.

Even is het stil en dan komt haar verhaal er als een niet te stoppen woordenvloed uit. Nee, schamen doet ze zich niet meer Ze vertelt dat ze te kampen hebben met ziekte en dan werkeloosheid van haar man. Toen kwamen de problemen. Hoe ze ook hun best deden het lukte niet om de maar binnenstromende rekeningen te betalen. Ondanks dat ze toch steeds betalingen deden en afspraken maakten, werden ze als wanbetaler aangeschreven.

Het lukt niet

Voor de duidelijkheid, volgens haar is een wanbetaler iemand die niet wil betalen. Zij willen wel, maar hebben het niet. Of ik dat kan begrijpen. Weer knik ik. “Vooral de boetes van de verschillende instanties zorgen ervoor dat de bedragen steeds hoger worden in plaats van lager. Zo frustrerend. Ik wou dat er ook eens iemand bij mij aanbelt en ons door dat doolhof van instanties leidt. Misschien kunnen we dan hier en daar wat hulp krijgen om uit deze, sorry voor het woord, ‘shit’ te raken,” verzucht ze. “Er is nog steeds zoveel onbegrip.” Weer wordt het stil.

“En weet je, de mensen om me heen hebben geen idee. Ik ben geneigd om alleen nog maar naar mijn werk te gaan. Heb je er enig idee van voor hoeveel leuke en heel gewone dingen, zoals meedoen met een bosje bloemen voor een collega bijvoorbeeld, of een kopje koffie drinken in een lunchroom ik een smoes moet verzinnen om niet mee te hoeven doen. Want alles, wat je ook maar verzint, kost geld. En dat is er niet. Zo gaat ons hele sociale leven naar de knoppen. Ik zorg dat mijn man en de kinderen zoveel mogelijk mee kunnen doen. Wat eigenlijk ook niet kan. Verder blijf ik maar zo stil mogelijk, dan kost het tenminste geen geld.”

Een druppel op een gloeiende plaat

Geschrokken kijk ik haar aan. Wat een vertrouwen om mij alles zomaar te vertellen. Voor me zit een keurig verzorgde vrouw. Niets duidt erop dat ze het moeilijk heeft. Ik heb er geen idee van. Dan gaat ze verder. Nee ze is nog lang niet klaar. Van binnen voel ik me onrustig worden. Heel bewust probeer ik me te ontspannen en luister wat ze te zeggen heeft. Het is duidelijk dat zij niet de enige is die het moeilijk heeft en dit verborgen probeert te houden voor de buurt. Ze vraagt zich af hoeveel aanvragen er wel niet op het bureau bij die programmamaker liggen. Ze vindt het een druppel op een gloeiende plaat. Wat zou ze graag gewoon even op weg geholpen worden. Als ik maar goed begrijp dat je zomaar in die ellende kunt komen. Daar hoef je echt niet zoveel voor te doen. Het rolt vanzelf je brievenbus binnen.

O, ja ze heeft wel om hulp gevraagd. Echt wel. Maar de ervaring heeft haar geleerd; hoe meer ze haar best deed om niet te laten merken hoe beroerd ze het had, hoe minder de mensen haar geloven. Kijk haar nagels zijn goed verzorgd. Doet ze allemaal zelf daar komt geen nagelstyliste aan te pas. Haar haar draagt ze met opzet lang. Dan kun je het tenminste opsteken. De kleding die ze draagt pimpt ze ook zelf. Zo lijkt het of ze steeds iets anders aan heeft. Beetje ijdel is ze wel. Of mag dat niet. Het is zelfs al een keer gebeurd, toen ze bij een instantie was, dat de dame aan de andere kant van het loket haar van top tot teen opnam. Ze zei niets maar het had haar het gevoel gegeven van; ‘hoezo kom jij hier om hulp vragen’. Ze heeft gemerkt dat ze daar heel gevoelig voor is. Dan zwijgt ze en kijkt me verontschuldigend aan. “Sorry het moest er even uit.”

Belofte

Als we een halfuur later afscheid nemen heeft ze me beloofd om niet meer alleen door te knokken en toch weer hulp te zoeken. Samen hebben we wat telefoonnummers gezocht die ze bellen kan. Ook hebben we de afspraak gemaakt dat ze elke week even komt om bij te praten. Het is volgens haar gemakkelijker om met iemand die geen familie, collega of van een instantie is te praten. Als ik naar huis loop is de morgen al helemaal om. Ineens komt de gedachte bij mij op; het zou best kunnen dat er ook bij u in de buurt iemand rondloopt die zo heel erg graag eens zijn of haar verhaal kwijt wil. Puur om gehoord te worden. Kijk eens echt naar iemand, je weet nooit.

Met vriendelijke groet,

Juffrouw Raadgever

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen