Stichting Duinbehoud tipt graag leuke planten of dieren die je in de duinen kunt vinden. Deze maand is dat de kleine parelmoervlinder.
De kleine parelmoervlinder is een pareltje van de open duinen. Ondanks de malaise bij veel dagvlinders weet hij zich overal langs de kust redelijk te handhaven. Met een beetje moeite en wat geluk kan iedereen hem vinden.
De kleine parelmoervlinder is - net als andere parelmoervlinders – van boven oranje, met een aantal grote en kleinere zwarte vlekken. Op het eerste gezicht kun je hem ook verwarren met andere oranjerode vlinders zoals de kleine vos. Maar let goed op de onderkant van de vleugels. Daar heeft hij opvallende druppelvormige zilverkleurige (‘parelmoeren’) vlekken. Deze zijn groter en opvallender dan bij andere parelmoervlinders in de duinen.
Duinviooltje
De kleine parelmoervlinder komt in alle Nederlandse duingebieden voor. Het meest in de brede duinen van Noord- en Zuid-Holland. De rupsen van de kleine parelmoervlinder leven vooral op het duinviooltje. Dit is een typische soort voor de open, droge duingraslanden met kaal zand en mossen. Zoek dus in dit type duinlandschap, vaak direct achter de zeereep, hier en daar ook in de binnenduinen. De volwassen vlinders eten nectar van duinviooltjes maar ook van andere bloeiende duinplanten zoals slangenkruid.
Drie of vier generaties
De kleine parelmoervlinder heeft een snel verlopende levenscyclus. In één jaar zijn er drie, soms vier, elkaar deels overlappende generaties rupsen en vlinders. Daardoor kun je hem van april tot en met oktober in de duinen vinden, maar toch het meest in juli en augustus.